Het product is toegevoegd aan uw winkelwagen!

Naar winkelwagen Verder winkelen

Helaas, het product is niet meer beschikbaar.

Sluiten

Radboud Universiteit start onderzoek voor meer biodiversiteit op campus

04 januari 2019

bron: Stad en groen

Vrijdag 9 november werden de eerste nulmetingen uitgevoerd op het campusterrein van de Radboud Universiteit. Dit wordt onderdeel van een wetenschappelijk afstudeeronderzoek aan de universiteit om de toename van biodiversiteit op de campus in beeld te krijgen. Bij het onderzoek wordt gebruikgemaakt van de IPC-biodiversiteitsmeter. Henk Siepel, de hoogleraar die verbonden is aan het onderzoek, laat de redactie weten goede verwachtingen te hebben. Over het gebruik van de IPC-biodiversiteitsmeetlat zegt hij: 'Het is een instrument waarvan we verwachten dat het goed zal werken. Het heeft de charme van de eenvoud en de potentie dat het goed werkt.' 
 

 

Henk Siepel
 

Het onderzoek zal plaatsvinden op de hele campus van de Nijmeegse universiteit. In totaal wordt zo'n 100 hectare onderzocht. Niet alleen 'natuur' wordt meegenomen in het onderzoek, ook de cultuurplantsoentjes en grasvelden. Over de duur van het onderzoek kan Siepel nog niet veel kwijt. 'Ik zou bijna zeggen: we gaan door tot we tevreden zijn!' 

Het doel van het onderzoek is kijken of de soortenrijkdom daadwerkelijk wordt vergroot met behulp van de biodiversiteitsmeter. Komt deze meetlat overeen met de werkelijkheid? In de gebieden waarvan de score met de biodiversiteitsmeter is bepaald, worden daarom ook verschillende groepen dieren en planten geïnventariseerd, als een soort ijking van de meter. 

Biodiversiteitsmeetlat
De IPC-biodiversiteitsmeetlat is zo'n vijf jaar geleden ontwikkeld door het groene opleidingsinstituut. Het is een tool waar ze zelf erg trots op zijn. Wij spraken Eddy Schabbink, business developer bij IPC Groene Ruimte. 'Bij IPC geven wij al geruime tijd tweedaagse trainingen in het gebruik van deze biodiversiteitsmeetlat. Dit laat goed zien hoe relatief gemakkelijk de tool is: als je het binnen twee dagen kunt leren, kan het nooit echt ingewikkeld zijn. Dat is meteen ook de kracht van deze tool: je krijgt op een objectieve, eenvoudige en duidelijke manier inzicht in hoe het gesteld is met de basiskwaliteit van de buitenruimte. Deze nulmeting is het startpunt voor beheermaatregelen die leiden tot een hogere biodiversiteit. Zowel veranderingen in inrichting als in onderhoud maken hier deel van uit.' 

'Ons doel is om de hele markt anders naar natuur te laten kijken' 

Als de complete biodiversiteitsmeetlat is doorlopen, krijgt het gemeten stukje buitenruimte een score. Uit die score blijkt hoe het is gesteld met de biodiversiteit in dit gebied. Een lage score staat gelijk aan een potentieel lage biodiversiteit. Dit hoeft niet per se 'slecht' te zijn; sterker nog, mits de randvoorwaarden het toelaten, liggen hier juist de grootste kansen. Op het Radboud-complex wordt bijvoorbeeld als randvoorwaarde het gazon intensief onderhouden. Dit is nodig om het beloopbaar te houden, zodat het 's zomers recreatief gebruikt kan worden. Maar een gedeeltelijke aanpassing van de inrichting met een bloemen- of kruidenrijk grasland leidt tot een hogere biodiversiteit, zonder de randvoorwaarden tekort te doen.' 

Schabbink geeft direct een tweede voorbeeld: 'Het bosgedeelte is weer een heel ander stuk natuur. Een recente storm heeft daar voor veel structuurvariatie gezorgd - een positieve indicator voor biodiversiteit. Helaas is veel stormhout opgeruimd en juist dit dode hout draagt bij aan het verkrijgen van een hogere soortenrijkdom. Als je dit weet, kun je je beleid daaraan aanpassen.' 
 

'Bekijk de natuur vanuit de kikker, pissebed of huismus, niet vanuit de mens. Dan krijg je soortenrijkdom' 

Volgens Schabbink begint al het moois als de uitslag bekend is. 'Als de uitslag bekend is, weten mensen wat er aanwezig is en dus ook wat er níet is. Wat niet aanwezig is, moet je zoveel mogelijk creëren, om die grotere soortenrijkdom te krijgen.' Helaas bleek het in de praktijk niet altijd zo eenvoudig. Schabbink merkte dat mensen toch graag handvatten voor vervolgstappen aangereikt wilden krijgen. Schabbink: 'Wij zijn nu dan ook met diverse partijen bezig om deze leidraad te maken. Met een aantal gemeentes, waterschappen, belangenorganisaties en natuurorganisaties verzamelen we zoveel mogelijk kennis en kunde. Daaruit moet een praktisch toepasbare leidraad komen, die na een meting kan helpen bij het verbeteren.' 

Waarom een hogere biodiversiteit nastreven?
Praten over het vergroten van biodiversiteit is hip, maar waarom zou je dat nastreven? Waarom mag een grasveld niet gewoon een grasveld zijn? Schabbink praat me snel bij. 'Het vergroten van biodiversiteit is belangrijk voor het hele ecosysteem. Hoe groter de biodiversiteit is, hoe meer er sprake is van een werkend ecosysteem. In een door mens aangelegde monocultuur moet je continu toezicht houden; plagen en ziektes nemen de overhand. Het is niet van zichzelf een "gezond stukje groen". Door een grote soortenrijkdom te realiseren, verbeter je de verschillende ecosysteemdiensten.' 

Schabbink vertelt verder: 'De Wet Natuurbescherming gaat over het behouden van de biodiversiteit. Wij willen een stapje verder gaan; daarom streven wij naar het vergroten van de biodiversiteit. Door deze tool in te zetten en beheermaatregelen te nemen, verbeter je de basiskwaliteit die leidt tot een grotere biodiversiteit. Deze verbetering creëer je door naar het hele plaatje te kijken. Wij kijken dus niet specifiek naar de aanwezigheid van de zwarte specht, ijsvogel of grote vos in een gebied, maar naar de basisomstandigheden die bepalend zijn voor de soortenrijkdom. Zo geloven we dat je een leefomgeving gezonder en duurzamer kunt maken. Daarom zijn we bij IPC zo verheugd dat de Radboud Universiteit nu met onze tool gaat werken. Zo hebben we straks een wetenschappelijke verantwoording.' 

Wat wil de kikker?
Het uiteindelijke doel van IPC is om de hele markt anders naar natuur te laten kijken. Wat heeft de natuur nodig om goed te gedijen? Hierbij moeten we af van het netheidssyndroom. Schabbink geeft als voorbeeld: 'Op onze trainingen laat ik de mensen vaak een plaatje zien van een kikker, met de vraag: Wat wil een kikker? Ze kijken me dan aan alsof ik ze niet allemaal op een rijtje heb, maar het is een simpele én gegronde vraag. Iedereen weet het antwoord ook: een kikker heeft water nodig, voedsel, een veilig onderkomen en een vriendje of vriendinnetje. Het is allemaal niet zo moeilijk. Bekijk de natuur bijvoorbeeld vanuit de kikker, de huismus of de pissebed, niet vanuit de mens. Door de natuur aan te pakken met onze biodiversiteitstool, leer je denken vanuit al die andere perspectieven.' 

Download het artikel 

Deel deze pagina

Terug naar overzicht
Meer informatie? Neem contact met ons op Contact

Waarom IPC?

Bezoekadres

Koningsweg 35,
6816 TG Arnhem

Postadres

Postbus 393,
6800 AJ Arnhem

Iedere werkdag geopend van 08:00 tot 17:00 uur.

Telefoon 026 35 50 100
Fax 026 44 55 629
Email info@ipcgroen.nl